Pim
Hekon
  • Zorg en opvang in de voorschoolse situatie

Zorg en opvang in de voorschoolse situatie

Het regeerakkoord van het huidige kabinet geeft aan hoe belangrijk de overheid het tegengaan van taalachterstanden bij jonge kinderen vindt.

Voornemens uit het akkoord:

  • Kinderen met grote taalachterstand gaan met drang en dwang deelnemen aan vroeg- en voorschoolse educatie (VVE).
  • Ouders worden financieel aanspreekbaar op de taalontwikkeling van kinderen.

Bosman & Vos heeft de afgelopen jaren een aantal gemeenten geadviseerd hoe het voorschools aanbod zo kan worden ingericht dat de sluitende aanpak kan worden gegarandeerd, waarbij de gemeentebegroting niet extra belast wordt en bezuinigingen mogelijk zijn.

De gemeentelijke verantwoordelijkheid voor het voorkomen en terugdringen van ontwikkelings- en leerachterstanden bij jonge kinderen is echter steeds moeilijker waar te maken met het huidige stelsel van voor-, tussen- en naschoolse opvang. Het peuterspeelzaalwerk staat onder druk doordat het financieel niet aantrekkelijk is voor werkende ouders en doordat het maar beperkte service kan bieden door het aantal dagdelen en de openingstijden. Landelijk is zichtbaar dat deze werksoort wordt ingehaald door marktontwikkelingen die niet in haar voordeel zijn. De kinderopvang daarentegen heeft, mede dankzij het beleid in het eerste decennium van deze eeuw, een enorme impuls ondergaan en een explosieve groei gekend. De bezuinigingsmaatregelen van het huidige kabinet zullen verdere groei temperen, maar de situatie in Nederland waarbij werkende ouders kunnen steunen op een behoorlijke kinderopvanginfrastructuur zal daardoor niet verdwijnen.

Scholen voor primair onderwijs, kinderopvangorganisaties en peuterspeelzalen zijn allemaal betrokken in het domein voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en voor-, tussen- en naschoolse opvang. Zij zoeken meer en meer samenwerking om synergievoordelen te behalen. Deze synergie kan enerzijds inhoudelijk zijn, maar ook een bedrijfsmatige achtergrond hebben. Vaak gaat het om een combinatie van beiden.

Een aantal landelijke ontwikkelingen in wet- en regelgeving en beleid heeft een impuls gegeven aan deze samenwerking. Meest recent is de Wet OKE die op 1 augustus 2010 in werking is getreden. De hoofddoelstelling van deze wet is het bevorderen van de ontwikkelingskansen van kinderen. De Wet OKE is daarmee een volgende stap in een ontwikkeling die al jaren gaande is.

Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk zijn tot nu toe wettelijk, organisatorisch, qua doelstellingen en geldstromen grotendeels gescheiden werelden geweest, hoewel ze zich op verwante doelgroepen richt. Gemeenten hebben primair een beleidsrelatie met het peuterspeelzaalwerk vanuit de optiek van het VVE-beleid, waarin de gemeenten wel een wettelijke taak hebben. Het opheffen van die scheidsmuur kan voor alle partijen een win-win situatie zijn.

De overheid stuurde al langer aan op een sluitende aanpak voor kinderen onder de vier jaar. Gemeenten zijn recent verantwoordelijk gemaakt om een goed voorschools aanbod te doen aan jonge kinderen met een taalachterstand. De gemeenten hebben een inspanningsverplichting om al deze kinderen te bereiken.

Hieronder enkele voorbeelden van gemeenten die Bosman & Vos heeft geadviseerd:
In gemeente W hadden de welzijnsorganisatie, die de peuterspeelzalen exploiteerde, en de grootste kinderopvangaanbieder elkaar al gevonden. Bosman & Vos werd gevraagd om de business case uit te werken van een overdracht van de peuterspeelzalen aan de kinderopvangaanbieder. Daarvoor is een model uitgewerkt waarbij de twee functies van de peuterspeelzalen, opvang bieden en terugdringen van ontwikkelings- en leerachterstanden, uit elkaar werden getrokken. De opvangfunctie ging over naar de kinderopvangaanbieder en de welzijnsorganisatie bleef het VVE-expertisecentrum voor de aanpak van ontwikkelings- en leerachterstanden. Dit model was niet alleen bedrijfsmatig haalbaar, maar overtuigde ook de gemeente. Bosman & Vos ondersteunde vervolgens de implementatie ervan. De gemeente is de welzijnsorganisatie blijven subsidiëren voor de instandhouding van het VVE-expertisecentrum en koopt bij de kinderopvangaanbieder plaatsen in voor kinderen, die tot de VVE-doelgroep behoren en waarvan de ouders geen kinderopvangtoeslag kunnen krijgen. Hoewel het geen wettelijke opdracht is, koopt de gemeente ook plaatsen in voor kinderen, die niet tot de VVE-doelgroep behoren en waarvan de ouders geen kinderopvangtoeslag kunnen krijgen. Dit kon allemaal binnen het bestaande budget: een win-win situatie is gecreëerd.

In gemeente A nam de gemeente zelf het initiatief om tot beleidsvorming te komen. Bosman & Vos heeft een beleidsnota gemaakt, waarin alternatieven werden geschetst: een model van samenwerking tussen peuterspeelzalen en kinderopvang, een concurrentiemodel waarbij de peuterspeelzaalaanbieders zelf ook kinderopvang aanbieden en een integratiemodel waarbij de kinderopvangaanbieders de peuterspeelzalen overnemen. Ook in dit geval heeft de gemeente in overleg met kinderopvangaanbieders en peuterspeelzaalaanbieders voor het integratiemodel gekozen. Er volgde een zeer intensief implementatietraject, waarin Bosman & Vos de projectleider leverde. Voor de overname van 15 peuterspeelzalen moest één of meer kinderopvangaanbieders worden gevonden, hetgeen leidde tot een uitermate complex onderhandelingstraject. Het traject is vrijwel afgerond en de gemeente kan een forse bezuiniging inboeken.

In gemeente N had de gemeenteraad de keuze voor integratie van kinderopvang en peuterspeelzalen al gemaakt. Het uitvoeringsveld was overzichtelijk: één peuterspeelzaalaanbieder en twee kinderopvangaanbieders, die binnen de gemeente werkzaam zijn. Bosman & Vos werd gevraagd om het integratietraject te begeleiden. De vier partijen (gemeente, peuterspeelzaalaanbieder en de twee kinderopvangaanbieders) werden bij elkaar aan tafel gezet. Centrale vraag was of alle peuterspeelzalen naar één kinderopvangaanbieder zouden moeten gaan of dat de bestaande marktverdeling zou moeten worden gevolgd zodat elke kinderopvangaanbieder naar rato een aantal peuterspeelzalen zou krijgen. Bosman & Vos heeft dit vraagstuk vertaald naar een offerteprocedure, waarin de twee kinderopvangaanbieders moesten aantonen wat ze te bieden hadden. Kwaliteit van de geïntegreerde opvang stond voorop, maar ook de prijs die gemeente zou moeten betalen voor de inkoop van opvangplaatsen was niet onbelangrijk. Deze procedure leidde tot een nota voor de gemeente en de peuterspeelzaalaanbieder, waarin op basis van de aangeleverde offertes Bosman & Vos een helder advies kon geven welke keuze het beste gemaakt kon worden. De gemeente heeft dit advies overgenomen en daarmee was de keuze bepaald. De implementatie is nu gaande.

Samenvattend: een zeer relevant beleidsterrein dat fors in beweging is. Drie casussen die aantonen welke verschillende wegen bewandeld kunnen worden om tot resultaten te komen. Want dat staat centraal in de ondersteuning, die Bosman & Vos levert: resultaten, die op draagvlak kunnen rekenen. Dus niet alleen beleidsvisies aanleveren, maar ook zorgen dat die geïmplementeerd worden. Boter bij de vis.
Interesse in wat Bosman & Vos voor u kan betekenen? Neem dan contact met ons op.

Terug naar het overzicht

Deel deze pagina in uw netwerk

Wat we schrijven …

Gerrit Kerkkamp, bestuurder bij Doras over de bemiddeling van Will van Schendel, de nieuwe directeur

“Stichting Doras is een instelling voor maatschappelijke dienstverlening in Amsterdam Noord. We hebben 100 medewerkers in dienst en werken samen met 140 vrijwilligers. Ons besturingsmodel is conform het governance model ‘bestuur op afstand’.